Christien van den Oever: het zal me zeker toch wel lukken!
Begin dit jaar kreeg ik twee schilderijen. Mijn opa heeft ze ooit geschilderd. Ik heb hem nooit echt gekend omdat hij stierf toen ik vijf was. Voor mij persoonlijk hebben deze schilderijen daarom misschien wel nog meer waarde. Ze waren alleen nogal verwaarloosd: een rooklaag erop, oude deels kapotte lijsten, bij één was zelfs de verf deels weg. Ik zocht via Google naar een lijstenmakerij en restaurateur en kwam bij Christien van den Oever uit. Ze was nog niet zolang met haar werkruimte van Voorburg naar Rijswijk verhuisd.
Niet zomaar een ruimte. Een hele fijn ruimte – je voelt je er zo thuis. Van buiten een industrieel pand. Het was ooit een zeepfabriek. Nu ademt er C-Lijsten, zoals het bedrijf van Christien heet, vakmanschap, ambacht. Mooie, grote ruimte. Grote werktafels. Als ze de schilderijen van mijn opa zo kwalitatief wist op te knappen dan moet ze ook wel veel over Quality of Life weten.
Wat is voor jou een goede Quality of Life? Om maar met de deur in huis te vallen.
In je eigen ritme komen. Ik vind het belangrijk, ik heb echt een ritme. Als ik me daar aan hou dan gaat het hartstikke goed met me.
Hoe zit het ritme eruit?
Veel buiten, veel wandelen. Ik wandel 10 tot 15 km per dag. Dan kan ik er heel goed tegenaan hier; dan is mijn hoofd leeg. Alle creatieve dingen bedenk ik eigenlijk ook altijd tijdens het wandelen.
Hoe ben je er dan mee bezig?
Gewoon. Eergisteren zag ik een winterkoninkje. Dat is een heel klein vogeltje dat loopt hier in de natuur dan den ik count your blessing kijk wat je hier allemaal hebt. Kijk om je heen en dan.. ja.. ik weet niet… mijn hoofd wordt er leeg van. Dat is de hoofdzaak.
Ben je dan ook bezig met ‘oh, dat kan ik gebruiken in mijn werk’ of is het gewoon dat je puur echt leeg bent?
Nou ik haal ook dingen uit de natuur om iets te maken.
Als je in de natuur wandelt, ben je dan puur in de natuur zijn of loop je met je problemen rond?
Nee, ik loop niet met mijn problemen daar rond. Als ik ‘s ochtends wakker word en ga ontbijten, stap in mijn auto en rij naar werk dan neem ik al die dingen in m’n hoofd mee. Als ik in de natuur loop dan waai ik gewoon schoon! Ik mijd wel mensen die negativiteit hebben. Dat doe ik wel. Die vermijd ik.
Maar de natuur en ik en de hondjes… ik ben natuurlijk met de hondjes bezig maar ik zie buizerds, hertjes, bijzondere vogeltjes en ik heb onwijze lol met hun [Christine wijst naar de honden] van hoe stout ze zijn. Dobbie springt twee meter de sloot over maar Fritsje: hij niet. Hij gaat het wel doen maar dan dondert ie er middenin. Dat ziet ie helemaal groen van het kroost. Dan lig ik helemaal in een deuk.
Ik ben nu weer nieuwe dingen aan het maken. Heb papier heb ik gekocht van Return to Sender, dat is dan een goed doel, en dan loop ik in de kringloop – ik zal het even laten zien – en dan maak ik iets. Ik heb er al vier kunnen verkopen. [Christine laat een ladenkastje zien] ik ga er dus een vogelhuisje van maken.
Prachtig!
Leuk he! Er liggen er hier nog een paar klaar. En ik doe het dan ook voor goede doelen. Leuk he. En het loopt als een trein.
En hoe heeft dit dan te maken met de natuur?
Mijn broer heeft vier galeries (drie op het Noordeinde, het Lange Voorhout) dat zie ik leuke kunst en dan staat er gewoon 9.000 euro op. Dan zeg ik weleens tegen hem: jij hebt alleen maar een bepaalde doelgroep. Ik wil laagdrempelig zijn. Ik wil van wat mensen weggooien nog wat maken. Dat bedenk ik tijdens het wandelen in de natuur. Ik draai het om.
De takken van plataan zijn hele mooie takken. Dan heb ik mooie stevige takken gedroogd en daar een onwijs leuk poppetje van gemaakt. Ik vind dat dan in de natuur.
Hoe zit die vertaling dan dat je met zo’n idee komt zoals bij dit vogelhuisje?
Dan loop ik daar [in de kringloop] en denk ik ‘oh, leuk’ en dan ik heb wel ergens dat papier gezien en dan bedenk ik het tijdens het wandelen.
En tijdens het wandelen bedenk je dat goede idee?
Ja. Dus alleen maar positiviteit.
Hoe heeft dat te maken met je ritme waar je net mee begon?
Dat is nu sinds ik hun heb [de honden]: ik word wakker en zet koffie, neem een geroosterd boterhammetje en geef de kat te eten, spring onder de douche, ben klaar en dan is het kwart over zeven en ga ik de deur uit met de honden. Als ik me zou verslapen dan ben ik de hele dag uit mijn ritme omdat ik dat gedeelte dan niet gedaan heb. Discipline, ritme. Dat is voor mij belangrijk.
En zo gaat het de hele dag door? Dat ritme, of is het met name het ochtendritme dat voor je belangrijk is?
Als ik straks uit het werk kom dan doe ik hetzelfde. Dan doe ik een paar boodschappen, ga naar huis, koken, neem een glaasje wijn en dan zit de dag erop. Dan ga ik wel dat soort dingetjes doen [Christine wijst naar het vogelhuisje]. Als ik hier ben dan ben ik wel een beetje een flierefluiter, nou niet een flierefluiter, dan zie ik dit en dan denk ik eerst even dit, oh dan moet ik eerst even dat.
Het is volgens mij voor iedereen goed als je in een goed ritme zit.
Als ik bij wijze van spreken na elven naar bed ga dan is het half twee voordat ik in slaap val. Dus ik ga altijd voor elven al sowieso naar bed.
Kun je nog iets meer toelichten waarom het zo belangrijk is het ritme?
Ik merk het hier in het gebouw aan de kunstenaars. Ronald waar ik het beste mee kan opschieten die heeft geen uitknop. Die gaat maar, die gaat maar door. Dan heeft ie last van z’n rug en ik zei ‘je moet ook echt wel avonden vrij roosteren, een dag vrij roosteren, soms lekker naar de sauna’. Kijk, maandag ga ik twee kilometer zwemmen en dan ga daarna even in het Turkse bad en loop daarna weer naar huis. Ik ga één keer in de maand naar Jacinta [acupressuur]. Dat je geest en lichaam gewoon in balans blijven. Ik merk in mijn omgeving dat als dat niet zo is dan zie ik dat gelijk. Bij mijn broer Coen ook. Hij gaat door zijn rug, krijgt iets aan zijn voeten. Die werkt zeven dag in de week. Dat is met Ronald ook. Dat zeg ik las nu eens een vrije dag of een avond in. Dat je met je benen omhoog gaat of dat je naar de sauna gaat… ‘daar heb ik geen tijd voor’… nou, dit in ongezond, dat vind ik ongezond.
Waarom is het slecht om steeds door te gaan?
Omdat het lichaam dat niet trekt. Tenminste mijn lichaam trekt dat niet.
Maar je ziet het ook bij je broer en je ziet het ook bij anderen?
Waarom zijn de burn-outs ontstaan? Dat is als je maar doorgaat en maar doorgaat… en te weinig slaap en maar doorgaan.. Volgens mij krijg je daar een burn-out van.
Ik denk dat je nog iets anders doet doordat je vaak naar buiten in de natuur gaat. Dat is nog veel krachtiger dan dat je misschien thuis op de bank zit en niks doet of TV kijkt?
Het is ook goed voor hart- en bloedvaten als je veel wandelt. Dat is heel gezond. Wandelen en zwemmen is een van de gezondste dingen voor hart- en bloedvaten omdat er continuïteit in zit.
Ik had hier ook een paar dingen staan die ik al eerder van je gehoord had: natuur, strandwandelen met de honden
Dat doe ik ook. Dan zijn zij in de duinen en dan loop ik gestresst rond.
Gestresst?? Dat zou niet goed zijn?
Nou ja, gestresst, ze zijn ondeugend en daar moet ik wel om lachen.
Ik heb een paar statements die je weleens gezegd hebt. Zou je daar op willen reageren in het kader van Quality of Life? Als eerste: dat je goed gelovig bent totdat het tegendeel bewezen is.
Als jij nu bij wijze van spreken een onwijze leugen tegen mij zou zeggen. Terwijl ik altijd een gevoel heb dat ik opensta bij jou want je bent eerlijk, vertelt alles – ik weet dat het tussen ons is – en je gaat er mee aan de haal dan kijk ik je nooit meer aan. Dat bedoel ik met tot het tegendeel bewezen is. Kijk, kom jij en dan zeg je ‘sorry dat had ik eigenlijk niet moeten doen’ dan krijg je zo weer een nieuwe kans.
Het volgende statement: sterker als een os en een steenbok
Ja, dat is de Chinese astrologie. De os is eigenlijk is een van de belangrijkste uit de Chinese dierenwet: heel sterk. De steenbok laat zich niet zo snel uit het veld slaan.
Als je dan naar je Quality of Life kijkt wat heeft je dat gebracht?
Discipline.
Als me iets niet lukt dan denk ik bij mezelf ‘het zal me toch zeker wel lukken!’. ‘Het zal me toch zeker wel lukken!’. Sommige mensen hebben ‘Pfff’. Zo van ‘het zal met toch zeker wel lukken, je kan het, het zal met toch zeker wel lukken!!’ [veel gelach samen en Christine gaat staan hoe ze het zegt]. Zo sta ik dan ook hoor.
Ja, ik ben gewoon een sterk individu. Ook met sporten had ik een heel sterk lijf. Misschien ben ik wel over twee weken dood, dat kan, maar in principe heb ik een heel sterk lijf. We hadden een keer met hockey een trainingsweekend en zaten met het hele team: de coach plakte een stikker op je hoofd. Ik moest raden wat er op stond. Hij had ‘hinde’ erop gezet. Ik raadde dat natuurlijk niet. Ik vind mezelf echt een os. Weet je komt me gewoon tien keer tegen en de tiende keer gaat het me wel lukken. Maar ik kan heel soepel lopen en daarom had hij hinde op mijn voorhoofd gezet. Hij zei ‘je bent zo krachtig in het veld, ook je lijf’. Hij zei wel eens tijdens de looptrainingen ‘kijk hoe Chris haar voet afrolt, kijk hoe ze haar lijf gebruikt’. Dat heb ik van atletiektrainingen geleerd hoor.
Ik kan van niks leven in principe. Ook hier met de verhuizing [van Voorburg naar Rijswijk] met ’het zal met toch zeker wel lukken’. Dat kan niet iedereen.
Dat helpt natuurlijk wel heel sterk in je Quality of Life.
Ja. Ik wil onafhankelijk zijn dat is waar ik voor knok. Als ik nu bij wijze spreken voor een baas zou moeten werken dan krijg ik daar zo ruzie mee. De keer dat ik voor een baas gewerkt heb, zei ‘jij gaat voor jezelf beginnen’. Dat klopte ook.
Waarom was dat werken voor een baas niet goed voor je?
Ze zeiden wel eens van ‘ga je nog niet naar huis?’, ‘nee, ik ga pas weg als het af is’ zei ik dan. Ja, zo ben ik. Maar als ze zo gaan doen [Christien wijst haar vinger heen en weer]. Ik weet nog wel dat ik een vergadering moet verslaan. Niemand wilde dit doen en ik dus ‘okay, ik doe het wel’. Ik was er hartstikke slecht in maar niemand wilde het doen. Toen deden ze een beetje denigrerend tijdens de vergadering ‘jij moet nu notuleren dus jij moet je mond houden’, ‘waarom? omdat jij er geen zin hebt, doe ik nu dit’. Toen deed hij het nog een paar keer, dat was Rob van der Kruijff – ik vergeet hem nooit meer – hij stond eigenlijk boven mij en zat dus een beetje mijn mond te snoeren. Dus ik pakte het blocnote en gaf het hem ‘alsjeblieft, ga jij maar notuleren, ik ga aan de slag want hier heb ik geen zin in’ ‘blijf hier, blijf hier!!’, ik zeg: ‘nee Rob, zo ga je niet met mensen om’. Dat vind ik met bazen: je mag wel de baas spelen maar het is de toon die de muziek maakt.
We komen daar zo weer even bij. Ik heb eerst nog een andere vraag
Ik zeg zeker hele andere dingen dan die professor zeker [Christien doelt op het interview met Prof Robert Erikson]?
Nee, nee [allebei lachen]. Ieder zijn eigen Quality of Life, vergeet dat niet. Wat is je roodharig element in Quality of Life?
Vuur. Ik ben gewoon dan net een leeuw. Roodharigen zijn gewoon wat temperamentvoller. Dat is gewoon zo. Dat is gewoon bewezen. Ik geloof het ook wel.
Bij temperamentvol dan denk ik aan Italianen.
Die wijven zijn ook vreselijk, die Italiaanse wijven.
[Veel gelach] maar die kunnen dan ook wel last van zichzelf hebben op een gegeven moment?
Nou, dat heb ik ook wel eens. Als ik zo vurig ben dan heb ik er zelf meer last van dan. Dus dan denk ik: ohm, ohm.
Jezelf rustig maken
Ja. Ik heb nog nooit iemand geslagen.
Gelukkig
Ja, dat zijn rode haren [Christien doet haar haar los]. Dit is dus als ik mijn haar los heb.
Dat is heel veel haar
Héél veel haar. Heel veel rode. Dan zeggen ze ook: ‘je bent net een leeuw!’. Ja, dat ben ik ook. Dat is rood haar. Koen [haar broer] heeft ook heel veel haar. Alle rooien die ik ken, ook die ik zie – niet die peen – rood, hebben allemaal mooi haar, allemaal dik en vol. In Madrid dachten ze dat ik Spaans was. Je hebt daar in Baskenland heel veel roodharigen. Nee, hoor, ik ben zo Hollands als het maar kan zijn.
Je gaf net al een beetje een aanzet naar je eigen onderneming.
Al 19 jaar.
Was de start ook het moment dat je net schetste tijdens de vergadering dat je zei van ‘nu stap ik op’?
Nee. Ik heb psychologie gestudeerd. Niet helemaal afgemaakt. En toen werkte ik als gedragswetenschapper bij Racal Datacommunicatie op personeelszaken. Ik was nieuw en moest kijken of het een gezond bedrijf was. Of ze allemaal op de juiste plek zaten en of er intern switchen nodig was. Toen merkte ik al dat veel mensen weinig zelfkennis hebben. Toen heb ik ook ontdekt: het is de toon die de muziek maakt. Je kunt alles zeggen als je het maar lief en aardig zegt. En dat was niet zo. Na negen maanden dacht ik als ik dit blijf doen dan word ik niet oud.
Toen heb ik ontslag genomen. Ik weet nog dat ik tegen mijn vader zei: ‘ik heb ontslag genomen, ik ga reizen. ‘nee!’ zei die. ‘Nou het is een mededeling’. Toen heb ik een half jaar gewerkt als gids in Frankrijk. Toen was ik berensterk, in de ijlen lucht, zulke spierballenen. Toen kwam ik terug en liep ik wel een beetje met m’n ziel onder m’n arm van wat nu. Ben ik naar Indonesië gegaan voor vijf maanden. Heb ik door Indonesië in m’n eentje getrokken. Toen kwam ik terug met dengue fever. Toen lag ik in het havenziekenhuis, ik was nog geen vijf uur terug en dan lag ik daar op de medium care met 41,3. Daar moest ik heel erg van herstellen.
Ivo is een antiquair in Boskoop en die zei ‘kom maar bij mij werken, dan kun je dingetjes doen, je bent zo handig’. Dat heb ik toen gedaan. En toen zei m’n broer er staat een lijstenmakerij te koop op de Koningin Julianalaan in Voorburg. Binnen een maand was het van mij. Ik kon nog geen passepartout snijden. Ik heb een cursus gedaan. Maar wat ik zie, kan ik maken. Dat wist ik al van mezelf. Nu ben ik dus 19 jaar verder. En ben ik paar jaar naar Antwerpen gereden en bij antiquairs gewerkt die het me geleerd hebben. Edelmetalen, slagmetalen gedaan, materialenkenniscursus, houtbewerkcursus. Dat zijn allemaal cursussen van een half jaar tot een jaar. Om te kunnen wat ik nu kan. Toen ging de huur heel erg omhoog in Voorburg. Eigenlijk past deze plek het beste bij me [hier in Rijswijk]. Dat had ik eigenlijk veel eerder moeten doen.
Waarom past deze ruimte beter bij je, beter dan in Voorburg?
Dat was een winkel, ik wil geen winkel meer zijn. Ik ben een werkpaard. Beetje een Malle Pietje. Dat ben ik ook. Ze noemen me ook Wickie de Viking. Ik verzin altijd wel iets. Dan moet ik dit doen. Dan zeg ik ‘laat maar even liggen dan kijk ik wel even’. En dan weet ik het! Alleen op dat vlak hoor. Niet met andere dingen. Ik ben wel altijd oplossingsgericht. Ook met mensen als ze in een dip zitten. Dan zeg ik ‘kom we gaan wandelen’. Dan gaan we naar Meijendel en dan gaan we bij de open haard lekker cognac drinken. Even in een andere ruimte dat maakt bij mensen de kop schoon. Als het bij mij werkt dan werkt het bij een ander ook. Het is toch zo. Discipline. Geloven in wat je kan.
Waarom heeft dat te maken met discipline?
Omdat je dingen niet in één keer kan. Met de vogeltjes maken duurt het eerst ook een kwartier. Dan is 7,50 wel weinig. Toen had ik er 20 gemaakt en toen deed ik er maar zes minuten over. Het is dus wel oefenen, oefenen, oefenen. Dat heb ik van het sporten geleerd he.
Van de hockey?
En tennis. Terwijl met skiën toen zei m’n vader ‘jij gaat op les’. Toen zei ik ‘leer me eerst maar een paar dingetjes’. Ik was een te klein aapje. Ik was zeven! Toen zei Klein Zwitserland al ‘we willen haar’. Met hockey. M’n moeder zei ‘ze is nog te wild’.
Jammer
Vind ik ook. Ik heb de zesde klas ook over moeten doen omdat ik te speels was. Maar.. ik ging skiën en dan moest ik voor-skiën en dan zien ze hoe je het kan. Dan kom je naar beneden en dan van jij eerste, tweede, je weet wel zo. Ik zat gelijk in een hele hoge groep. Gewoon. Dan kijk ik, zo door de knieën, oh dat ga ik ook doen, niet bang om te vallen. Als je klein bent dan ben je sowieso niet bang om te vallen. Met hockey kan je niet in een keer een push doen, een dummy doen. Dat moet je oefenen. Dan stond ik in de gang te oefenen. En dan kan ik het. Ik droom nog weleens over de doelpunten die ik op die manier gemaakt heb. Dan wordt ik wakker ‘óh, óh, mooie doelpunten’. Als ik een hockeyveld zie dan denk ik eraan. Je kan ook niet gelijk lopen, je kan ook niet gelijk rolschaatsen.
Waarom geven sommige mensen dan op? Want dat zie je natuurlijk ook wel vaak van dat mensen denken ‘nou he’?
Met sporten dat kan ik niet. Dat soort mensen heb ik niet in mijn omgeving. Die ban ik. Mijn nichtje had het een beetje dat ze de brui eraan gaf.
Wat jij hebt, je zegt dan ‘het zal me toch zeker wel lukken!’. Waar komt die energie dan vandaan? Dat is natuurlijk een prachtige vorm om op door te zetten.
Het woordje ‘angst’, De geest kent het woordje ‘angst’ niet, Het woordje ‘maar’, ‘moet’ en ‘angst’ kent de geest niet. Dat wordt door de omgeving aan je opgelegd. Weet je als ik bang ben dat ik het niet kan dan denk ik ‘f*ck, angst, die ga ik echt te lijf’. En bij ‘Ja maar’ dan laat je een ander al niet uitspreken omdat je zo graag wil vertellen hoe het zit. Dan luister je al niet naar een ander. En ‘moet’ helemaal. ‘Je moet!’ dan luister je toch niet naar wat een ander vertelt. Dat vind ik geen goede drijfveren om mee te werken.
Jij zegt ‘Het zal me zeker toch wel lukken!’
Het zal met zeker toch wel lukken! Ik moest er ook om lachen bij mezelf. Ik was ergens mee bezig. Ik stond daar aan tafel ‘het zal me zeker toch wel lukken!’. Het is me ook gelukt hoor.
Dat is geen energie maar meer een mindset?
Ja, waar anderen afhaken, ga ik door.
Mooi, heel mooi
Behalve in de liefde hoor. Dan krijgen ze gelijk een schop onder hun hol.
[Veel gelach] Daar heb toch angst?
Nee. Nou, ik ben gewoon tegen de verkeerden aangelopen en mannen die goed voor mij zijn die zie ik niet staan. Maar daar ben ik ook, wat zal ik zeggen… door high sensitive te zijn, kan ik ook niet echt goede relaties hebben (ik word helemaal rood).
Waarom kan dat niet?
Dan word ík de relatie. Dan verlies ik mijn identiteit. Omdat ik altijd zwak heb voor de zwakken. Dus ik kies altijd partners waar ik de baas over kan spelen. Dan ga ik de kar trekken en dan geef ik alles weg. Dat merk ik omdat ik al tien jaar, elf jaar, vrijgezel ben, dan merk ik dat. Dat ik dat altijd deed. Ik weet niet of ik ooit nog een relatie kan hebben.
Ik kan me wel voorstellen dat die ruimtes die voor jou zo belangrijk zijn dat je je daar dan in verliest.
Kijk, als jij heel sip bent dan zeg ik ‘ok, ga maar zitten’. Ik doe boodschappen, kom maar eten, hop, hop, hop, dan sleur ik je helemaal mee, dan vaar je even op mijn energie. Ben je een heel labiel persoon en als ik weet dat nog niet dan blijf ik dat doen omdat ik natuurlijk een steenbok bent, ik ben gewoon oerkracht. Ga maar eens lezen over de steenbok en de os dat is gewoon oerkracht. Weet je, dat doe ik, ik zie het ook aan m’n broer ook.
Toch: als je dat soort dingen weet, kan je ze niet omzetten?
Ja, ik zou er, nee, ik denk… het is geen ziekte maar het is wel iets. Het is geen ADHD, het is ook geen ADD, het is iets. Toen ik bij Joost van Drenthe was, een hele spirituele man, en die zei ‘jij bent zo helder voelend, jij komt bij mij en eigenlijk leer jij mij iets door zo te zijn’. Die heeft me genaaid trouwens. Ik heb geloof ik wel een jaar bij hem gelopen en dan nam ik de hond mee. Als je in beweging bent dan is praten ook lekker. Hij woonde in Reeuwijk en dus gingen we altijd om de Reeuwijkse plassen heen en toen zij hij na een jaar ‘ik ben al heel lang verliefd op je’. Toen was ik zo… ik zei ‘ik vind het zo kut dat je dat tegen me zegt want nu kan ik niet meer helemaal open zijn’. Dus dat. Toen zijn eigenlijk de rollen omgedraaid.
Dus dat. Ik ben er niet verdrietig om dat het zo is. Ik ben wel blij dat ik weet hoe het een beetje werkt. Als ik iemand op mijn pad tegenkom dan moet dat echt groeien en misschien dat ik na twee jaar denk ‘ik ben gewoon verliefd op hem’. Dus dat het zo eigenlijk wordt geïntegreerd en dat dan gebeurt en dat er dan een relatie uitkomt. Dat zou de enige mogelijkheid zijn denk ik.
Dan hou je het dicht bij jezelf?
Ja, dan is het zo gegroeid. Maar ja, dat zie je bijna niet.
Mijn grote liefde… Hansje. Ook sportminded. We waren jong. We tennisten. Dan belde hij op ‘geef me Christien maar: we gaan vissen’. Dan gingen we ‘s nachts om vier uur weg. Gingen we vissen bij Boskoop in een bootje. We deden allemaal rare dingen. Op een gegeven moment gingen we naar een film, Blue Velvet. En ik zeg ‘Hans wat zit je raar te draaien toch, doe eens normaal, wat is er aan de hand’. En toen zei hij ’ik ben verliefd’, ‘oh ja joh, op wie dan?’, hij zegt ‘op jou al tien jaar’, ‘Jezus… daar moet ik echt van bijkomen’. Daar moest ik echt van bijkomen. Hij deed scheepsbouw en hij is toen twee jaar naar Zuid-Afrika gegaan. En ik was hier en toen hebben we het uitgemaakt ‘ga jij daar maar lekker ervaringen opdoen’. En ik was nog vrijgezel en hij kwam met een ander terug. Hij is getrouwd, heeft twee kinderen en woont nu in Australië. Later kreeg ik een beetje dezelfde soort type: Robert. Dat zijn mijn twee langste relaties. En die twee [Christine wijst naar één van de honden] konden zo goed met elkaar opschieten. Ja, dat was echt leuk. En hij woont nu in Amerika. Een vriend van hem zeilden op de Franse Antillen, met een groot zeiljacht, en een keer per jaar voeren ze de Atlantische Oceaan over en dan gingen ze het opknappen in Harlingen. Toen kon hij vier maanden mee. Ik zei ‘doen!’. En toen was Mirjam er. Die heeft zich zwanger laten prikken en toen ja… Nu woont hij in Amerika met haar met drie kinderen. Dus heeft eigenlijk.. nou ja, dat zou ik ook doen… maar we zijn nog steeds bevriend.
Dat is wel bijzonder dat iemand tien jaar op je verliefd is en die zegt dan niks?
Het ook niet echt weten. Maar als hij iets wilde doen dan wilde hij dat met mij doen. En als mijn vriendinnen hem zagen dan zei ie ‘ik moet de tram hebben want Chrissie is daar en die wacht op me’. En die zeiden al ‘hij doet zo raar, hij wil alleen maar naar jou’.
Vind je dat dan niet jammer?
Ik gun iemand zijn vrijheid. Kijk, en ik heb geen zin om hier een paar jaar te zitten wachten. Dat zit dan in mijn hoofd. Ik heb een hekel aan wachten.
Dat belemmert je eigen ruimte?
Ik ben een enorme loner hoor. Einzelgänger. Vroeger toen ik klein was al. Was ik altijd pleiten ‘waar is Christine?’. Dan moesten ze me weer zoeken en dan kwam ik met mijn duim in mijn mond ‘hebben jullie niet op me gewacht!’ Dan was ik te laat. Mijn moeder zei altijd tegen m’n vader ‘Christine die loopt niet in zeven sloten tegelijkertijd’.
Nu merk ik gewoon steeds meer dat als ik met een paar vrienden op stap ben.. nou voordat we wég zijn… pffff… ‘ik moet nog even dit, nog even dat’. Nou volgende keer spreken we gewoon op de plek af hoor. Dan zit ik maar te wachten en al die pancake op je gezicht. Nee, ik ben gewoon niet zo. En het wordt steeds erger. Naar mate je meer alleen bent, wordt het steeds erger.
Ik ben ook heel leuk hoor.
Terug naar je ondernemerschap: is het leven intensiever of niet?
[lange stilte] Ik kan het moeilijk zeggen omdat ik al zolang m’n eigen baas ben. Kijk, ik kan heel erg goed, als ik hier weg ga, loslaten. En je moet toch zorgen dat er elke week brood op de plank is. Laten we het zo maar zeggen. Het is intensiever. Discipline. Je kan niet bij de pakken neer gaan zitten van ‘nu ga ik ze verdienen’. Je moet er wel meer voor doen. Maar het geeft ook wel meer geestelijke vrijheid. Dus ik denk dat het tegen elkaar opweegt. Ik zou niet achter een bureau kunnen zitten en dan van ‘dit moet je doen en dat moet je doen’. Dan stomp je af, dan zou ik afstompen en dan zou ik ziek worden. Denk ik. Dus ja, nee. Voor mij is het niet zwaarder. Voor mij is geestelijke vrijheid, vrijheid in mijn hoofd het belangrijkste.
Je biedt verschillende producten aan: de lijstenmakerij natuurlijk, de doosjes, en je hebt nu ook de vogeltjes voor de waxinelichtjes. Wat hebben die voor Quality of Life te bieden?
Wat is er nou leuker dat als je iets maakt – eigenlijk voor geestelijke ontspanning. Want ik zeg altijd dat als ik dit doe dat is het leuker dan TV kijken. Dan ben je ermee aan het kneden. Dus je activeert ook je zenuwbanen, je meridianen, je zintuigen. En je maakt dan er iets komt. En iemand ziet dat en die is er helemaal weg van! ‘maak jij er 50 voor mij’. Wat is het leuk. Je wordt beloond.
Het spiegelt zich ook nog op jezelf terug?
Wat is er nou leuker dan ‘zeg wat heb je dat mooi gemaakt, leuk’. Dat is toch een cadeautje. Daar kan geen bos bloemen of wat dan ook tegenop. Iets wat jij met handen hebt gemaakt en iemand vindt dat heel erg leuk gaat het in heel-veel-voud kopen.
Je noemde het net al een beetje al. Wat is de Quality of Life van deze ruimte?
Je merkt dat in dit gebouw altijd gewerkt is. Er hangt een werksfeer. Die mevrouw van de vogeltjes, de rouwbegeleidster, ik zei tegen haar kom een keertje kleien dan, dat weet je wat het is. Ze zei ‘ik heb reuma’. Ik zei ‘dan is het helemaal goed dat kleien’. Dus ze kwamen dus kleien. Ze zei ‘mag ik mijn dochters meenemen’. Ik zei ‘neem maar mee’. Dat is gezellig en het is op maandag dan ben ik toch vrij en is er niemand. Koek en zopie. Je weet wel. Dus we zaten met z’n vieren te kleien. Toen ze binnenkwam met haar dochters ging ze huilen. Ze zegt ‘door de sfeer, dat komt door jou, er heerst hier zo’n goede sfeer’. Die kreeg gewoon tranen in haar ogen van de sfeer. Die werden gelijk helemaal down to earth rustig. Dit hebben we zitten kleien [Christine laat een bord zien met allemaal bloemetjes van klei].
Ah, die zag ik staan
Krijgt iedereen een bloemetje als ze naar het symposium komen.
Je hebt een symposium binnenkort?
Zij hebben een soort dag en dan leggen ze uit wat ze allemaal doen. Als mensen weg gaan dan krijgen mensen zo’n bloemetje. Dat kan je bij de overledene, bij het graf, het kan gewoon buitenstaan. Hebben we met z’n allen zitten maken. Leuk he!
Prachtig
Wat is nou leuker? Je hoeft alleen maar koffie en thee te zetten. En lekker een paar eierkoeken en een boterhammen. Een stuk klei. Dan ben ik 15 euro kwijt. Ik heb vier mensen die gaan fluitend naar huis. Dan denk ik zeker vier dagen dat ze blij zijn. Nou, dat is toch gaaf. Door de plek alleen maar en door zelf te kleien. Een beetje uit te leggen hoe het moet. Dat is toch onwijs leuk.
Ja, ik vind het ook heel prettig hier
Ik heb bewust ook alles heel laag gehouden.
Laatste vraag die ik heb: je hebt weleens gezegd: ‘geluk moet je pakken’. Ik weet niet of je je dat kan herinneren?
Ja dat kan ik me herinneren.
Daar had je een schilderij bij met het beeld van een woestijn waarin stappen staan en toen zei je ook ‘je moet niet terug kijken naar de stappen maar vooruit’
Nee, dat ging over mijn broer. Mijn broer zei ‘geluk kan je pakken, geluk kan je afdwingen’. Wie goed doet, wie goed ontmoet. Kijk, zit ik alleen maar tegen jou te zeiken en alleen maar te klagen dan kom je ook niet leuk langs. Dan heb je ‘Christine zit altijd te klagen’. Je kan het ook een beetje afdwingen.
Op die manier bedoel je dat je geluk moet pakken?
Ja, en Coen, mijn broer, die nog bij wijze van spreken, heel erg overdreven, een drol van 10.000 euro verkopen. Dat lukt hem gewoon. Die is zo… we zijn ook kwart Joods hoor… die is zo’n handelaar. Maar wat hij heel erg doet: die loopt gewoon weg als mensen gaan zeiken. Ik mag ook niet zeiken tegen hem. Ik krijg ruzie als ik tegen hem zeik.
Dus in die zin kan je geluk gewoon een beetje afdwingen.
Door die positieve energie. Door niet in de negatieve mee te gaan?
In de supermarkt zat een meisje achter de kassa en die was heel chagrijnig. Wat zei ze nou? En toen zei ik daar een soort geintje overheen. Ze had het over de dierentuin. Ik zei ‘je hoeft toch niet naar de dierentuin, kijk eens om je heen! wat een leuke dieren allemaal’. Weet je wel al die mensen. En toen zag ik een glimlach. Daarvoor deed ze heel lelijk tegen een klant. Ik dacht ik laat het me niet gebeuren. Ik laat me niet een kat van jou krijgen en opgefokt de supermarkt uit gaan. Dat laat ik me niet gebeuren. Dus ik heb haar aan het lachen gemaakt en ik doe dat dan echt bewust. Ik denk van ‘zo, ik zal je krijgen, kijken of jij kan lachen’. Dus Quality of Life: je kan het afdwingen als je het wilt.
Dat vereist ook wel een stap dat je zoiets doet. Daar steek je ook de energie in. Levert je dat ook iets terug?
Dus geen chagrijnige mond. En niet een chagrijnige blik. Ik had laatst ook iets. Ik kwam thuis de schuur uit en er kwam op de stoep een vrouw met een brommer aan ‘uuhhh!’ Die ging tegen mij schelden terwijl zei daar op de brommer zat. Toen zei ik ‘nou, is dat nou nodig?’ Ik zei ‘jij bent hier op de stoep aan het bromeren en ik woon hier en haal mijn fiets uit de schuur en jij komt op de brommer aan, is dat nou nodig, laten we het toch gewoon gezellig houden, zet die brommer af, ik zet de fiets even zo neer dan kunnen we er allebei langs, zullen we het zo afspreken?’, ‘ja okay’. Ze zat wel eerst tegen me te schelden. Ik heb het niet altijd, ik kan niet altijd zo. In het verkeer vind ik het veel moeilijker. Maar daar als mensen daar rare handelingen doen… dan negeer ik die.
Het vereist ook wel een soort moed. Het is makkelijker om weg te kijken. Mijn eerste reactie zou zijn terugschelden.
Nou dat doe ik niet meer.
Dat is wel een kracht dat je dat kan. Dat lijkt me niet makkelijk
Met de hondjes heb ik het ook [met krijsende stem] ‘hou de honden aan de lijn, ik had ze wel…’, ‘ja dat had kunnen gebeuren maar gelukkig dat is niet gebeurt’. Pfff. Weet je wat ik dan doe ‘sorry’. Ik geef ze de kans niet. Ik geef ze de kans gewoon niet.